Gerben (51) woont in het noordelijkste puntje van Friesland: in Engwierum. Vier weken geleden verhuisde hij van een verblijfsplek in de zorgboerderij naar zijn eigen gloednieuwe Tiny House op het terrein van de boerderij. Een eigen huis, maar wel onderdeel van een beschermde woonplek: het beste van allebei, volgens Gerben.
Er staan drie Tiny Houses op het terrein van deze Beschermd Wonen-locatie in Engwierum. De achterste, die met het mooiste uitzicht, is van Gerben*. “Ik kijk een heel eind weg, zie je. Er zijn hier veel vogels te zien, en zwanen.” Hij is behoorlijk in zijn nopjes met zijn woning. “Hier heb ik minder prikkels en kan ik mijn eigen gang gaan. Ik kan mezelf ontplooien.” Sinds Gerben in het Tiny House woont, bereidt hij bijvoorbeeld weer zijn eigen maaltijden. "In de boerderij zaten andere bewoners me op de vingers te kijken. Altijd wilde wel iemand mee-eten. Dus haalde ik steeds vaker kant-en-klaarmaaltijden. Maar nu kook ik in alle rust met verse producten."
Het beste van allebei
Hij heeft zijn eigen huis, maar dat is wel onderdeel van een beschermde woonplek. Voor Gerben is het ideaal. Vanwege persoonlijkheidsproblematiek en een justitiële achtergrond heeft hij deze begeleiding nodig. Terug naar de wijk, zoals hij het noemt, kan dus niet. En wonen in de boerderij is hem te druk. Al schuift hij daar nog wel drie keer per dag aan voor een kopje koffie en wat aanspraak. “Ik heb behoefte aan rust en privacy. Maar het is ook weer niet de bedoeling dat ik een kluizenaar word. Nu heb ik het beste van allebei.” Gerben is trots op zijn huis, dat hij zelf met veel zorg heeft ingericht. Glunderend vertelt hij over de nieuwe meubels die hij regelde via de kringloopwinkel waar hij vrijwilligerswerk doet. Zoals de leunstoel. “Daar zit ik ’s avonds lekker televisie te kijken of te gamen. Het is mijn favoriete plekje.”
Unieke woonvoorziening
Ook voor zijn buurman Manuel (41)* is het Tiny House een uitkomst. Een paar weken geleden zette de politie hem uit zijn huis in Leeuwarden. Een combinatie van persoonlijkheids- en verslavingsproblematiek en een licht verstandelijke beperking bracht hem bij deze unieke woonvoorziening. Wat voor Manuel het belangrijkste is? Dat hij hier samen met zijn hond kan wonen. “Mijn hond is al tien jaar mijn trouwste maatje. Op een andere plek kon ik hem niet bij me houden. Ik zeg je eerlijk: dan had ik de straat gekozen.” Het afgelegen wonen is wennen voor Manuel, die van gezelligheid houdt. Hij is dan ook veel in de boerderij te vinden. “Maar het is fijn dat ik een huisje heb met alles voor mezelf.”
* De namen van Gerben en Manuel zijn om privacyredenen gefingeerd. Hun echte namen zijn bij de redactie bekend.