Trigger warning: in dit verhaal komt geweld, verkrachting en uitbuiting voor.
Chemelle (29) werd als tienermoeder uitgebuit door een crimineel. Nu zorgt ze dat andere slachtoffers van mensenhandel en uitbuiting zich gezien en gehoord voelen door politie, hulpverlening en naasten. Chemelle loopt het hele herstelproces op met haar cliënten. “Voor mensen die uitbuiting en/of mensenhandel hebben meegemaakt, is gespecialiseerde zorg nodig die op hen is afgestemd.”
‘Bloom and be you’ heet Chemelles onderneming. Haar werkruimte is praktisch en gezellig ingericht: in een hoek van de kamer staat haar bureau, bedekt met paperrassen met het logo van de politie in de rechterbovenhoek; bij de grote ramen, die uitkijken op de stad, staat een laag tafeltje met twee gemakkelijke stoelen eromheen. Halverwege het interview belt Chemelles elf-jarige zoon ('mijn alles') even om te vertellen dat hij thuis is uit school. “Ik heb iets voor je klaargelegd op het aanrecht, heb je dat gezien, schat?” Gerustgesteld legt ze een minuutje later de telefoon weer weg.
Niet gezien
Chemelle voelde zich als kind niet altijd gezien: “Mijn ouders scheidden toen ik een jaar of zeven was. Na de scheiding werd mijn leven heel anders en voelde ik mij alleen.” Chemelle ging dus al jong op zoek naar liefde en aandacht buitenshuis. “Op mijn achttiende raakte ik zwanger van mijn toenmalige vriend, met wie ik net drie maanden samen was. Véél te jong. Onze relatie was helemaal niet goed, we hadden vaak ruzie. We leefden langs elkaar heen. Na verloop van tijd verlaat Chemelle, na veel wikken en wegen, hun gezamenlijke huis met hun twee maanden oude zoontje.
Noodnummer
Chemelles ex begrijpt haar beslissing niet. Dit leidt vaak tot onenigheid wat meestal uitloopt op ruzie. Chemelle vertrouwt een vriendin haar problemen toe en die geeft haar een telefoonnummer van iemand die ze kan bellen als ze hulp nodig heeft. Chemelle: “Ik wist niet precies wat diegene dan zou doen, maar ik vermoedde wel dat die vriendin zich ook in bepaalde kringen begaf... Maar uit wanhoop doe je gekke dingen, dus toen mijn ex en ik het hadden over de omgangsregeling van ons zoontje en het het uitliep of een fikse ruzie, besloot ik het telefoonnummer te gebruiken.” De man van het telefoonnummer komt en na een woordenwisseling vertrekt Chemelles ex naar zijn eigen huis. De man die Chemelle gebeld heeft blijft. Diezelfde avond dwingt hij Chemelle, terwijl haar zoontje ligt te slapen, tot seksuele handelingen. Binnen drie weken zit ze in de gedwongen prostitutie en is ze volledig afhankelijk van haar uitbuiter.
'Hij isoleerde me van familie en vrienden en ik moest alles doen wat hij zei'
Nooit alleen
“Ik was nooit alleen,” vertelt de Limburgse. “Hij hield me constant in de gaten. Daarnaast gaslightte hij me: hij maakte me wijs dat iedereen om ons heen gek was en dat ik dom, lelijk en dik was. Er was wel een stemmetje in mijn achterhoofd dat wist dat dit niet waar was, maar ik had nooit geleerd te vertrouwen op mijn gevoel. Hij isoleerde me van familie en vrienden en ik moest alles doen wat hij zei. Meestal moest ik meehelpen met het vervaardigen van drugs."
Signalen
In die tijd komt Chemelle regelmatig bij instanties, zoals het consultatiebureau. Toch merkt niemand ooit haar striemen op, haar blauwe plekken. “We waren uit eten met de hele familie. Mijn uitbuiter was ook mee, dus ik moest de hele avond mooi weer spelen. Aan het einde van de avond liepen we naar buiten en sloeg de vriend van mijn zus een arm om me heen. We liepen een eindje voor de rest uit en hij vroeg: ‘Chemelle, hoe gaat het nu echt met je?’ Ik durfde niet te vertellen hoe ik me voelde en was een meester in verbloemen.”
Dé tip van Chemelle om signalen van uitbuiting te herkennen: kijk niet weg en durf door te vragen. “Zegt je gevoel dat er iets niet in de haak is bij iemand in jouw omgeving? Durf naar dat gevoel te luisteren en durf door te vragen. Het kan iemand hoop geven om eruit te stappen.”
Aangifte
Als Chemelle een aantal maanden later alleen in de auto zit, realiseert ze zich: dit is mijn kans - ik moet nu aangifte doen. Bij de politie worden direct haar auto en haar telefoon in beslag genomen en wordt Chemelle naar een blijf-van-mijn-lijfhuis gebracht. Daar zal ze anderhalf jaar verblijven met haar zoontje. Het is geen gemakkelijke tijd, in een huis vol getraumatiseerde vrouwen met allerlei culturele achtergronden. Ze begint met EMDR [traumatherapie, red.], maar stopt er na een paar maanden weer mee. “Ik voelde het niet. Ik had geen zin in die herbelevingen. Ik wist wel dat ik er doorheen moest, maar ik durfde niet.” Maar Chemelles nachtmerries komen terug en ze wordt in het dagelijks leven regelmatig getriggerd door haar verleden. Dus besluit ze toch weer te starten met EMDR. Het wordt een kantelpunt in haar herstelproces.
Lifeline
Haar rots in de branding, haar lifeline in die tijd, is Florence Smeets van het Leger des Heils. Zij werkt bij Levenskracht, een programma in Brabant en Limburg dat mensen in de prostitutie steun en advies biedt. “Die vrouw heeft zoveel voor mij betekend! Jarenlang zag ik haar twee, drie keer per week. Ze heeft alles met mij doorlopen – kwam me opzoeken in het blijf-van-mijn-lijfhuis, ging mee naar de rechtbank en was erbij toen ik terugkeerde naar Limburg,” vertelt Chemelle. “Ze was present, daar ging het om. Ze luisterde, ik voelde me veilig bij haar. Als ik niet lekker in mijn vel zat, was het enige dat ik tegen haar hoefde te zeggen: ‘ik heb het weer’. Dan wist zij genoeg. Vanaf het moment dat ik terugkeerde naar Limburg heb ik Renee ontmoet die ook bij het Leger des Heils werkt. Ik had moeite met de dagelijkse dingen en het lukte me soms niet helemaal om mee te komen in de maatschappij. Renee hielp mij hierbij en luisterde naar alles wat ik op mijn hart had. Aan haar heb ik ook een hoop te danken."
Psycho-educatie
Inmiddels is Chemelle zelf zo’n lifeline geworden voor mensen in soortgelijke situaties. Ze werkt samen met de politie en gaat bijvoorbeeld met hen mee op prostitutiecontroles. Ze begeleidt vrouwen bijvoorbeeld als ze overwegen aangifte te doen en als ze na aangifte moeten wachten op de inhoudelijke zitting, soms jarenlang. Als een slachtoffer dreigt terug te vallen, praat Chemelle met haar: “Ik doe een stukje psycho-educatie: ik leg hen uit dat het verlangen naar de piek die hun uitbuiter hen geeft een verslaving is; je lichaam zoekt steeds naar dopamine, maar daar ligt een onvervulde behoefte aan ten grondslag. Je wilt niet terug naar je uitbuiter, je wilt gezien worden, gehoord worden. Ik help de vrouwen om zichzelf te leren kennen en weer te vertrouwen op hun gevoel.”
Gespecialiseerde zorg nodig
Chemelle loopt dus, zoals Florence vroeger met haar, het hele herstelproces door met haar deelnemers. Naast het aanbieden van persoonlijke hulp, deelt Chemelle haar kennis over mensenhandel en criminele en seksuele uitbuiting met instanties en zorgprofessionals. “Voor mensen die uitbuiting hebben meegemaakt, is gespecialiseerde zorg nodig die op hen aansluit,” benadrukt ze. “Er zit zo’n taboe op dit onderwerp dat ook hulpverleners ongemakkelijk worden. Slachtoffers voelen zich niet gehoord en niet begrepen door hulpverleners. Gelukkig is er in de afgelopen tien jaar veel verbeterd. Zelf mag ik vrouwen die in een kwetsbare positie zitten, ondersteunen door een vertaalslag te maken van hun verhaal richting de politie, en van de politie naar de slachtoffers. Zo sta ik deze vrouwen bij en wordt de drempel om aangifte te doen lager. Samen kunnen we echt iets doen tegen mensenhandel en uitbuiting. Daar ben ik heel trots op.”