Duizenden mensen in Nederland leven in verschrikkelijke angst. Mensenhandelaren hebben hen geronseld om voor hen te werken en de opbrengst af te staan. Slachtoffers raken verstrikt in een web van uitbuiting en dwang, soms jarenlang. Het Leger des Heils vangt slachtoffers op en helpt hen om een leven op te bouwen na mensenhandel.
Mensenhandel is
- het werven, vervoeren of huisvesten van een individu
- met gebruik van dwang, geweld, misleiding, chantage of misbruik van een kwetsbare positie
- en als doel uitbuiting en geldelijk gewin.
Mensenhandelaren maken misbruik van mensen in een kwetsbare positie, bijvoorbeeld jongeren, vluchtelingen of mensen met een licht verstandelijke beperking. De daders gebruiken misleiding, geweld en (emotionele) chantage om slachtoffers in hun macht te krijgen en hen te dwingen om werk te doen waarvan zijzelf profiteren. Mensenhandelaren zien hun slachtoffers niet als mens, maar als handelswaar, als product waar zij geld aan kunnen verdienen.
Hoe werkt mensenhandel?
Een mensenhandelaar misbruikt de kwetsbare positie van zijn slachtoffer om hem of haar helemaal in zijn macht te krijgen. Dan begint de uitbuiting. Bij seksuele uitbuiting dwingen mensenhandelaren hun slachtoffers om seksuele handelingen te verrichten bij of met klanten. Hun beloning belandt in de portemonnee van de mensenhandelaar. 72% van de politieregistraties over mensenhandel in Nederland gaat over seksuele uitbuiting. Een andere vorm is criminele uitbuiting. Hierbij dwingen mensenhandelaren hun slachtoffers bijvoorbeeld om diefstal te plegen en de buit af te staan. Bij arbeidsuitbuiting maken slachtoffers bizar lange werkdagen, bijvoorbeeld in de bouw- of transportsector. Ze worden gedwongen om zwaar of gevaarlijk werk te doen voor weinig of geen loon.
Artikel gaat verder onder de afbeelding.
Hoe herken je signalen van mensenhandel?
Slachtoffers van mensenhandel zijn zich er niet altijd van bewust dat zij worden uitgebuit. Daarnaast leven zij in diepe angst voor hun dader. Dit zorgt ervoor dat mensenhandel moeilijk te bestrijden is. Er zijn wel signalen die je kunt herkennen volgens CoMensHa, het landelijk coördinatiecentrum tegen mensenhandel. Een combinatie van deze signalen kan wijzen op mensenhandel.
- Een slachtoffer heeft geen toegang tot zijn of haar eigen identiteitsbewijs of geld;
- Hij of zij ziet er ongezond uit en vermijdt bezoeken aan zorg- en hulpinstanties;
- Een slachtoffer is erg angstig en wordt constant begeleid of in de gaten gehouden door iemand anders;
- Hij of zij woont op het werk of met heel veel collega’s in een karig onderkomen.
Heb jij een ‘niet pluis’-gevoel? Neem dit serieus en ga erover in gesprek met anderen. Wees je ervan bewust dat een slachtoffer vaak getraumatiseerd is en heel angstig. Ga dus nooit direct het gesprek met het (mogelijke) slachtoffer aan, zonder dat je hebt overlegd met een professional.
CoMensHa heeft een helpdesk die telefonisch en per e-mail bereikbaar is. Deze professionals kunnen je bijstaan met hulp en advies als je mensenhandel vermoedt. Werk je bij het Leger des Heils? In elke regio is een aandachtsfunctionaris mensenhandel die jou en je collega’s kan helpen om signalen te herkennen en actie te ondernemen als dat nodig is.
Waarom zijn arbeidsmigranten en vluchtelingen kwetsbaar?
Mensen die naar Nederland komen van binnen of van buiten de Europese Unie zijn kwetsbaar voor mensenhandel. Zij spreken de Nederlandse taal meestal niet, kennen hun rechten niet en hebben geen sociaal netwerk om op terug te vallen.
Jaarlijks komen er tienduizenden mensen uit EU-landen zoals Polen en Roemenië naar Nederland voor werk. Uitzendbureaus beloven hen werk, huisvesting en een goed inkomen, maar eenmaal in Nederland blijken de woon- en werkomstandigheden soms slecht. Daarnaast kunnen deze arbeidsmigranten gemakkelijk hun baan verliezen, omdat ze onder een uitzendcontract werken. Doordat hun woonplek is geregeld door hun baas, belanden ze op straat wanneer zij hun baan verliezen. Eenmaal dak- en werkloos zijn zij een gemakkelijke prooi voor mensenhandelaren.
Vluchtelingen die van buiten de EU naar Nederland komen en hier slachtoffer van mensenhandel worden, krijgen vaak te maken met de Dublinclaim. Volgens deze Europese regel moeten vluchtelingen asiel aanvragen in het land waar zij de EU binnenkomen. Dat is voor slachtoffers van mensenhandel vaak onmogelijk. Hun mensenhandelaar vervoert hen naar een ander land, bijvoorbeeld Nederland. Als zij hier eenmaal vrijkomen uit de greep van hun dader, en aangifte durven doen, zien opsporingsinstanties hen als illegale migrant en sturen hen terug naar het land waar ze asiel moeten aanvragen. Hun aangifte van mensenhandel wordt niet in behandeling genomen.
Amanda* vertelt in het artikel hieronder over haar ervaring met de Dublinclaim en haar zoektocht naar gerechtigheid.
Hoe helpt het Leger slachtoffers?
Slachtoffers van mensenhandel komen we bij het Leger des Heils op allerlei plekken tegen: in onze dag- en nachtopvangen, op straat, in prostitutiegebieden en in de reclassering. Ons programma Recht in Zicht (RiZ) biedt sociaal juridische ondersteuning aan ongedocumenteerde slachtoffers van mensenhandel. De sociaal raadsvrouwen die hier werken, adviseren binnen het Leger des Heils op landelijk niveau medewerkers en cliënten over zaken rondom verblijfsrecht (zoals ongedocumenteerd zijn, een asiel- of reguliere vergunning). Daarnaast biedt het Leger des Heils op allerlei plekken waar sekswerk wordt gedaan praktische hulp. We geven de werkers een veilige plek om hun verhaal te doen. Als zij dat willen, helpen we mensen in de prostitutie om ander werk te vinden. Ook maken we met publiekscampagnes in Nederland en het buitenland mensen bewust van het bestaan van mensenhandel. Want alleen samen kunnen we ervoor zorgen dat dit onrecht stopt en dat elk mens de kans krijgt om een waardig leven te leiden.