Recept hoofdgerecht: Biet Wellington

Stap 1

Snipper de sjalot en de knoflook. Fruit dit 3 minuten op laag vuur.

Stap 2

Voeg het water en het bouillonblokje toe. Laat dit even een moment pruttelen.

Stap 3

Breng op smaak met sojasaus, verse tijm en laurierblaadje. Bind zo nodig met wat maïzena.

Stap 1

Hak de champignons mooi fijn. Verhit een beetje olie in een koekenpan op hoog vuur en bak de champignons met de sojasaus tot al het vocht is verdampt. De champignons moeten zacht zijn. Schep ze uit de pan in een kommetje.     

Stap 2

Steek de rondjes van 15 cm uit het bladerdeeg. Schep de champignons erop en plaats een gekookte biet in het midden. Vouw het deeg voorzichtig goed dicht rondom de biet en leg de pakketjes met de naad naar beneden op een bord. Zet ze 10 minuten in de koelkast of tot je ze gaat afbakken.

Stap 3

Verwarm de oven voor op 200 graden. Zet de biet Wellingtons op een met bakpapier beklede bakplaat. Snijd er met een mesje een mooi patroon in.

Stap 4

Klop twee eidooiers los in een kommetje en bestrijk de biet wellingtons ermee. Bak ze in ongeveer 35 minuten af in de voorverwarmde oven, tot ze goudbruin zijn.

Stap 5

Serveer de biet wellington met de vega jus.

Stap 1

Verwarm de oven voor op 175 °C. Snij de knofloop door de helft en wrijf de ovenschaal ermee in. Vet de ovenschaal vervolgens in met de helft van de boter. Snij of schaaf de aardappelen met een kaasschaaf, dunschiller, mandoline of keukenmachine in zo dun mogelijke plakjes.

Stap 2

Meng de slagroom, melk, nootmuskaat, peper en eventueel zout in een grote kom. Voeg de aardappel toe en draai om, zodat alle plakjes met room zijn bedekt. Verdeel de aardappelplakjes over de ovenschaal en schenk het restant van het roommengsel erover. Bestrooi met de kaas en verdeel de rest van de boter in klontjes erover.

Stap 3

Bak de gratin ca. 60 min. in het midden van de oven gaar. Als je met de punt van een mes gemakkelijk door de aardappelen glijdt, is de gratin klaar.

Stap 1

Pers de citroen uit. Doe het citroensap in een grote pan. Voeg de suiker, kerrie en het water toe en breng aan de kook.

Stap 2

Schil ondertussen de peren met een dunschiller, laat het steeltje zitten. Snijd een plakje van de onderkant, zodat de peertjes goed rechtop blijven staan.

Stap 3

Zet de peertjes in het mengsel. Zorg dat ze volledig onderstaan. Leg er eventueel een bordje op als de peertjes bovendrijven. Breng aan de kook en laat 1 uur en 20 min. tegen de kook aan stoven met de deksel op de pan

Stap 4

Doe de bruine suiker, kaneel en het bietensap in een grote ondiepe pan en breng aan de kook. Zet de peren er rechtop in, zodat ze ca. tot de helft in de port staan. Kook op laag vuur 20 min. tot ze zacht zijn, maar niet uit elkaar vallen. Prik met de satéprikker in een peer. Als dat gemakkelijk gaat, zijn ze gaar.

Stap 5

Haal de peren uit de pan, laat het vuur aan. Meng de maïzena door het mengsel, breng aan de kook en laat in 3 min. binden. Serveer de peren en de saus apart.