De thee en koffie zijn klaar. Weronika Trawicka (24) giet de warme drank in thermoskannen. Deze kannen gaan mee in de rieten tassen die in de keuken op de grond staan. Samen met een bus koekjes, chocolaatjes en papieren bekertjes. We staan in de ruime keuken van een ‘huiskamer voor mensen in de prostitutie’, midden op de Wallen in Amsterdam. Weronika is hier coördinator van vrijwilligers die met deze rieten tassen met koffie en thee rondes doen langs de prostitutieramen. “Wat wij doen, lijkt precies op wat majoor Bosshardt deed, we zetten haar werk nog steeds voort.”
Het is een doordeweekse namiddag. Het is rustig op het ‘Meeting Point’ - zoals deze huiskamer officieel heet. Je komt ook niet zomaar naar binnen. Als er wordt aangebeld vanaf de Oudezijds Achterburgwal, kijkt één van de medewerkers van het kantoor eerst op de camera wie er voor de deur staat. Meestal zijn het vrouwen, die voor of na hun werk achter een roodverlicht raam even bij het Meeting Point langsgaan. Voor een gesprek, voor maatschappelijke hulp, om producten te kopen, of gewoon voor een kopje thee. “Op deze locatie bieden we psychosociale hulp die breder is dan voor mensen in de prostitutie”, vertelt Weronika. Hier werken bijvoorbeeld ook collega’s van Recht in Zicht. Zij bieden sociaal juridische begeleiding aan ongedocumenteerde slachtoffers van mensenhandel. Verder zijn er uitstapcoaches; zij ondersteunen mensen die uit de prostitutie willen stappen, of dat overwegen. Dat kan nogal lastig zijn namelijk. We hebben veel vrijwilligersmaar ook professionals die Spaans en bijvoorbeeldRoemeens spreken. Dat maakt voor veel mensen welverschil. We werken verder veel samen met andere organisaties in deze buurt.”
“Ja, als je die op je aanvaller spuit, krijgt hij de verf er niet zomaar af.''
Naast het kantoor bevindt zich in het oude grachtenpand ook een gezellige huiskamer. Er staat een boekenkast, een rek met allerlei mooie tweedehandse kleding en schoenen en een grote make-upspiegel. “We hebben hier ook een winkeltje. Tegen hele lage prijzen kunnen vrouwen mooie kleding kopen. Of producten als condooms, glijmiddel of een verfspray.” Verfspray? “Ja, als je die op je aanvaller spuit, krijgt hij de verf er niet zomaar af. Op die manier zijn daders makkelijker op te sporen voor de politie.”
Oplichtende ogen
Het is duidelijk dat dit niet zomaar een huiskamer voor de buurt is. “Het moet hierbinnen veilig zijn voor de vrouwen. Het is namelijk niet altijd veilig op de Wallen zelf. Dat zul je zo wel merken als we ons rondje langs de ramen doen. De sfeer kan, zeker ’s avonds, grimmig zijn.” Weronika stopt nog wat flyers in de rietenmanden. Op de flyers staat een uitnodiging om langs te komen bij het Meeting Point. Ook is erop te lezen welke hulp er door het Leger des Heils wordt geboden. Met een route naar het gebouw, en een prijslijst van het winkeltje. Vijftig condooms voor vijf euro. “Daar komen ook veel mensen op af. De huur van een raam is hoog. En klanten geven zo’n vijftig euro uit. Je moet best wat klanten krijgen om er iets aan over te houden. En van dat geld onderhouden ze vaak ook nog familie in het land van herkomst.”
Met de rieten tassen onder de arm en een herkenbaar Leger des Heils-bloesje aan, vertrekken we uit de huiskamer. Het is rustig op de Wallen. Er lopen wat toeristen door de smalle straatjes met roodverlichte ramen. Veel ramen hebben dichtgetrokken gordijnen en grote stickers die duidelijk maken dat fotograferen hier verboden is. Af en toe is een raam bemand door een vrouw. Veel vrouwen herkennen Weronika als ze langsloopt. Dan lichten hun ogen op. Weronika begroet elke vrouw met een opgestoken hand, en gebaart dan of ze zin hebben in een koffie of thee. Meestal schudden de dames hun hoofd, maar groeten ze wel vriendelijk terug. Om daarna weer naar de langslopende toeristen te kijken, of op hun telefoon.
“Hoe is je dag?”
Geen goede dag
Af en toe wordt er snel een raam open gedaan. Zo ook door Angela*, een vrouw uit Zuid-Amerika. Ze heeft na al haar jaren in Nederland de taal goed onder de knie. “Hoe is je dag?” vraagt Weronika. “Het is rustig... Geen goede dag”, antwoordt Angela.
De koffie wil ze wel, met een hoop suiker erin. We kletsen een tijdje. Over dat er weinig klanten zijn de laatste tijd, dat ze zich maar verveelt. En dat ze in december terug hoopt te gaan naar haar thuisland, voor een maandje. Daar ziet ze erg naar uit. Terwijl we praten, komen er twee jongemannen naast ons staan. We zeggen gedag en lopen een stukje door, ervan uitgaand dat dit dan de klanten zijn waar Angela op wacht. Maar de mannen lopen zonder iets te zeggen weer bij het raam weg. Als we even later teruglopen, zien we ze weer, postend tegenover het raam van Angela. Het zijn geen klanten. “Dat zijn haar pooiers, denk ik”, zegt Weronika. Ze vertelt datze dit nog niet eerder heeft meegemaakt tijdens haar rondes langs de ramen.
‘'Het is een eenzame, harde wereld. Wij bieden een veilige plek’'
Beschikbaar zijn
Even later komen we via een smal steegje in een donkere, overdekte gang met flauw paars licht. We schuifelen langs een enkele man die een rondje langs de ramen loopt. Ook hier zijn de meeste gordijnen dicht. De dames die achter de ramen staan, hoeven geen koffie of thee. Met hen allemaal gaat het goed, vertellen ze kort. Zodra we vanuit de donkerte weer terug in het steegje zijn, vertelt Weronika: “Ook als we geen gesprekje hebben, is het belangrijk dat we hier lopen. Het gaat erom dat wij er zijn, en dat de vrouwen weten dat wij betrouwbaar en beschikbaar zijn. Dat als er iets is, of als ze hulp nodig hebben, ze bij ons terecht kunnen. Die thee en koffie zijn een middel. Uiteindelijk hopen we natuurlijk dat ze de weg weten te vinden naar onze huiskamer wanneer ze ons nodig hebben. Het is een eenzame, harde wereld. Wij bieden een veilige plek.” Een paar ramen verder staat Maria*. “Jammer dat jullie geen cappuccino hebben, zeg.” Maar Maria is blij met het praatje en de flyer. Na haar shift komt ze misschien nog even langs bij het Meeting Point.
Chocolaatje en praatje
Op de terugweg vraag ik aan Weronika wat dit werk met haar doet. “Er zijn leukere buurten om rond te lopen. Maar ik voel ook heel sterk dat ik hier móet zijn. Dat dat ene praatje, dat chocolaatje, die knuffel soms – deze buurt kan daar niet zonder. En we kunnen ook regelmatig vrouwen helpen die uit willen stappen. Dat is niet ons doel, we willen er allereerst gewoon zíjn voor ze, maar als ze hulp nodig hebben, dan bieden wij die graag.
*De namen van Angela en Maria zijn gefingeerd.