Jaren geleden raakte Wilchert onder invloed van psychoses letterlijk de weg kwijt. Zijn dochter Maud (29) was toen dertien jaar en zwanger. Maud bleef hem zoeken, ook toen hij vermist raakte. “Ik dacht: papa is ziek, dit is niet hoe hij echt is.” Op de bank in Wilcherts appartement kijken ze terug.
De zwangerschap was niet de oorzaak, maar wel de druppel, zegt Wilchert daar nu over. “Lang verhaal kort: ik ben te lang doorgegaan met voor iedereen zorgen. Op de basisschool was het voor mij heel gewoon om de was op te hangen voordat ik naar school fietste. Mijn moeder was psychisch ziek, waardoor ik jarenlang dan bij tante zus en dan bij nicht zo woonde. Toen mijn moeder opknapte, werd mijn vader afgekeurd. Ik nam zijn werk op het land en met de dieren over en werd gaandeweg fulltime mantelzorger voor zowel mijn vader als mijn moeder. Ik woonde naast hen, dus het was logisch dat ik dit deed. De babyfoon stond altijd aan, zodat ze me konden roepen. Mijn vader en ik waren twee handen op één buik, maar van mijn moeder herinner ik me alleen correcties. Na hun overlijden ging ik het huis waar ik met Maud en mijn toenmalige vrouw woonde grootschalig verbouwen. Ik was niet te stoppen.”
Dat kind hou ik
Maud zag wel dat het niet goed ging met haar vader, dat hij steeds meer ging drinken – dat mag ik toch wel zeggen hè? - en nooit een moment rust nam. Omdat het thuis niet fijn was, ging ze steeds vaker weg. Tot ze op haar dertiende zwanger raakte van een vriendje. De test was negatief, maar haar buik groeide en groeide. Uiteindelijk bleek tijdens een echo dat ze al negentien weken zwanger was. “Ik wist meteen dat ik het kind zou houden, wat mensen om mij heen ook zeiden. Dit kleine mensje was mijn redding, ik ging er helemaal voor. Milan is nu vijftien."
Maud: 'Toen ik na de geboorte met Milan van de kraamafdeling kwam, liep ik langs de inrichting waar mijn vader zat'
Maar voor Wilchert ging het licht uit toen de huisarts vertelde dat Maud zwanger was. Hij wilde een glas water uit de keuken halen en ging halverwege out. Opname in een inrichting volgde. “Dat was echt heel bizar”, vertelt Maud, “toen ik na de geboorte met Milan van de kraamafdeling kwam, liep ik langs de inrichting waar mijn vader zat. Letterlijk achter tralies! Het huwelijk van mijn ouders liep op de klippen, het huis moest worden verkocht. En tot overmaat van ramp liep mijn vader weg uit de kliniek. Niemand wist waar hij was! De politie deed niets want hij stuurde heel af en toe een berichtje, dus men nam aan dat het zijn eigen keuze was.”
Meer lezen?
Bestel gratis ons magazine Soelaas
Dit is niet wie papa is
"Dat was het natuurlijk niet echt", vult Wilchert aan. "Ik was zwaar psychotisch, gewoon totaal de weg kwijt.” Hoewel verschillende mensen in hun omgeving de daad van Wilchert afkeurden, heeft Maud hem dat geen seconde kwalijk genomen. “Ik dacht alleen maar: papa is ziek. Dit is niet wie hij echt is. Als iemand een been breekt, laat je hem ook niet aan z’n lot over, dus bij dit ook niet.” Maud zette een zoekactie via social media op. Dat was toen iets nieuws en kreeg enorme bekendheid. Het was een zware tijd en Maud was nog minderjarig, maar ze bleef zichzelf voorhouden dat iemand het moest doen, dat haar vader het anders niet zou overleven. “Maar elke keer als ik las dat er een overleden persoon was gevonden, was ik bang dat hij het was.” Op een dag belde de politie dat Wilchert gevonden was.
Wilchert: 'Je kunt jezelf zo kwijtraken dat je niet meer beseft dat er iemand van je houdt'
Iemand houdt van mij
Wilchert: “Op een ochtend was ik onderweg om een broodje en shag te halen, toen een man me aansprak. Of het kon kloppen dat ik een dochter had die naar me op zoek was? Ik had niet eens het besef dat ik gemist werd, maar toen ik dat hoorde, ging ik op een bankje zitten en brak ik als een klein kind.” Maud streelt de arm van haar vader als ze ziet dat het hem opnieuw aangrijpt. Wilchert: “Je kunt jezelf zó kwijtraken en zo verstrikt raken in wat je niet meer hebt, dat je niet meer beseft wat je wél hebt. Dat er iemand van mij houdt.”
Hij raapte zichzelf bij elkaar, ging voor de deur van het Leger des Heils zitten en gaf aan niet te vertrekken voordat hij hulp had gekregen. “Ze hebben echt je leven gered”, zegt Maud, “ze zagen de mens in jou.” Toen ze haar vader terugvond, was het meteen weer goed tussen hen. Er hoefden geen zware gesprekken gevoerd te worden, hij was nog steeds ‘gewoon’ haar vader. Ze is supertrots als ze ziet hoe hij erin geslaagd is een goed leven op te bouwen en een fijne vader en opa te zijn.
Kracht ontstaat uit zwakheid
Wilchert hecht weer waarde aan het leven, waardoor hij nu een ander iets kan geven en betekenisvol kan zijn. “Ik moet nog vaak denken aan hoe mijn vader mij leerde zwemmen in de IJssel. Als ik in een draaikolk zou komen, moest ik me laten meesleuren en me dan op de bodem afzetten. Dat heeft enorm bijgedragen in mijn herstel. Niet in de draaikolk van het verleden blijven, maar me afzetten en zien dat ik het hoofd boven water krijg. Kracht ontstaat uit zwakheid.” Van die Bijbelse wijsheid zijn ze allebei even stil. “We hebben het goed samen”, zegt Wilchert dan, “niet perfect, maar wel goed.”
Wilchert woont met begeleiding bij het Leger des Heils.